Nadat de Toort van de Relais Sacré gisteren aanwezig was op de 100 jarige herdenking van de Slag om de Kemmelberg, is ze nu aanwezig om Admiraal Ronarc'h en zijn Marinefuseliers en hun heroïsme te eren.
Admiraal Ronarc'h van de Franse Marine kreeg eind september 1914, 8 dagen tot het vormen en organiseren van 2 regimenten. Alles moest georganiseerd worden, de mannen verzamelen, een officierenkader vormen,... . Het idee om de marinefuseliers te engageren bij de grondtroepen kwam aanzienlijk laat. En per slot van rekening, een marineman vaart, maar marcheert niet.
4 oktober 1914 ontving de admiraal het order om zich met zijn mannen naar Duinkerke te begeven, waar een legerkorps zou gevormd worden. Ze vetrokken de ochtend van 7 oktober vanuit Saint-Denis en Villetaneuse via Boulogne sur Mer en van daar naar Duinkerke. Daar aangekomen was er reeds een ander order, ze moesten verder trekken naar België, meer speciaal naar Antwerpen, want Brussel was reeds bezet door Duitse troepen.
Ze kwamen in de namiddag van 8 oktober in Gent aan. Daar ontmoette admiraal Ronarc'h, generaal Pau, liaisonofficier van de geallieerde legers.
Weer werden de plannen veranderd, want de communicatie met Antwerpen werd onderbroken, en de 6 Belgische divisies die Antweren verdedigd hadden, trokken zich terug via Gent en Brugge. Een divisie van 10 000 mensen van het Britse leger bleef in Antwerpen.
De marinefuseliers werden naar Melle gezonden, waar het Belgische leger loopgraven had gedolven langs de Schelde. Daar vond het eerste contact met de vijand plaats en dit op 9 oktober. Het gevecht duurde de ganse nacht van 9 op 10 oktober. Op 11 oktober zijn de marinefuseliers verplicht zich terug te trekken door het grote aantal overweldigers (6 000 tegen 45 000).
Onder het commando van generaal Cappers, trokken de marinefuseliers zich tijdens de nacht terug, onder dekking van een divisie Engelsen.
Via Drongen, Merendree, Hansbeke en Bellem arriveerden ze vroeg in de morgen in Aalter.
Na een kort oponthoud marcheerden ze verder tot Tielt, waar ze de 12de oktober om 5u in de namiddag toekwamen. De volgende morgen vertrokken ze om 7u om in de namiddag rond 3u toe te komen in Torhout. De 14de bereikten ze na een korte mars Kortemark.
De marinefuseliers hadden wel contact met het Belgsiche leger in het noorden, doch verloren het contact met de Engelsen in het zuiden.
De nacht van 14 op 15 oktober gingen ze verder al strijdend en onder een hevige stortregen via Werken, Zarren en Esen om uiteindelijk in Diksmuide toe te komen. De Marinefuseliers namen stellingen in rondom Diksmuide, dat zij gedurende 4 weken tot 10 november 1914 met man en macht en kost wat kost bleven verdedigen tegen een vijand die zes keer superieur was in aantal en over artillerie beschikte. Welgeteld 6 000 Franse Marinefueliers en 5 000 Belgen onder bevel van Kolonel Meiser (dienstdoende als Generaal), stonden tegenover drie Duitse legerkorpsen (samen 50 000 man).
In stoet ging het van het stadhuis naar het monument
Aankomst van de Eeuwige Vlam met een woordje duiding door Lt-Kol Claude Michel
Verwelkoming door Burgemeester, Lies Laridon
Duiding over de Marinefuseliers door Mevr. Nadine Lamote, voorzitter Souvenir Français West-Vlaanderen
Bloemenhulde
Door Burgemeester en provincieraadslid, Mevr. Lies Laridon, voor de Stad Diksmuide
Lt-Kol Claude Michel, Délégue Général du Souvenir Français pour la Belgique et Mr. Bernard Legay, adjunct Délégue Général
Door Mr. Erich D'Hulster, voor l'Association nationale des Fusiliers marins et Commandos (ANFMC)
Voor Souvenir Français Roeselare, Mr. Thiery Van Paemel, voorzitter
Door Cdt bd Etienne Moons, voorzitter van de Koninklijke Vereniging ‘De Vrienden van het OLV Hoekje te Oud-Stuivekenskerke’
Voor de Groepering Vaderlands Verenigingen Diksmuide door voorzitter Leon Vanhauwe
Aansteken van de Eeuwige Vlam, door Lt-Kol Claude Michel
Sonnerie aux Morts, Moment van Stilte, Nationale hymnes
Doven van de Eeuwige Vlam door Burgemeester Lies Lardon
Terug in stoet naar het stadhuis voor de receptie aangeboden door de Stad Diksmuide
Pagina aangemaakt door IDG, Daphné Vangheluwe, Dominque Bascour