Museum Dodengang vernieuwd - Kaaskerke - 28/08/2014
Een vernieuwd interpretatiecentrum bij de historische site Dodengang

De honderdste verjaardag van het uitbreken van  de Eerste Wereldoorlog in ons land is de aanleiding voor het Koninklijk Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis om het bezoekerscentrum van  de beruchte  Dodengang grondig onder handen te nemen. Op basis van uitgebreid  historisch  onderzoek is het bezoekersparcours volledig vernieuwd. De bezoeker  komt nu op een interactieve manier alles te weten over de Dodengang  waarbij  enkele hardnekkige historische mythes over deze waardevolle site worden ontkracht. Geen stoffig museum meer, maar een modern en interactief bezoekerscentrum waar authenticiteit centraal staat. Zowel specialist als leek kan nu de Dodengang herontdekken.

De Dodengang: een verrassende geschiedenis

I n 1915 probeert het Belgische leger ten noorden van Diksmuide de Duitsers te verjagen van de petroleumtanks. Na twee mislukte aanvallen besluiten de Belgen een loopgraaf richting de petroleum tanks te graven. De Duitsers veroveren  echter een deel van deze loopgraaf en om het Duitse gevaar verder af te wenden, creeert de Belgische genie eind 1915 een bres in de IJzer waardoor een smalle strook water beide partijen voor de rest van de oorlog zal scheiden. De loopgraaf wordt verder uitgebouwd tot een onneembare stelling met de naam Dodengang, genoemd naar de doden die er na de Duitse aanval begraven zijn.

Historische achtergrond
Na de slag aan de IJzer in het najaar va n 1914 werden langs heel het front de stellingen verder uitgebouwd. Op het drassige terrein is dit een bijzonder moeilijke taak. Loopgraven lopen steeds vol water en werden onbruikbaar. Met honderdduizenden zandzakken, houten balken en materiaal uit stukgeschoten hoeves leggen de soldaten bovengrondse loopgraven aan. Enkele plaatsen verdienen speciale aandacht, want met vooruitgeschoven posten en patrouilles proberen zowel Duitsers als Belgen het terrein ten westen van de Belgische observatiepost bij kilometerpaal 16  in handen te krijgen. Vanuit de stukgeschoten petroleumtanks hebben de Duitsers een uitstekend zicht op de Belgische stellingen en nemen ze de Belgen ook regelmatig onder vuur. In het voorjaar va n 1915 onderneemt het Belgische leger dan ook een aantal pogingen om deze petroleumtanks in te nemen, maar alle aanvallen mislukken. De legerleiding besluit op 12 mei 1915 om in de dijk van de IJzer een naderingsgracht naar de tanks te graven, maar ook de Duitsers graven een loopgraaf naar de Belgische stellingen. Het komt al snel tot een bloedig treffen en de Duitsers slagen erin om een deel van deze I]zerloopgrachtte veroveren.

Tegenaanvallen hebben geen succes en opnieuw stabiliseert het front zich. Later dat jaar proberen de Duitse troepen de rest van de Ijzerloopgracht in te nemen.

Echter zonder succes. Het Belgische leger besluit zich tactisch terug te trekken en de genie blaast met 450 kilogram springstof een deel van haar eigen loopgraaf op. Zo ontstaat een bres in de dijk van de IJzer en de rivier vindt aansluiting bij het overstroomde gebied. Belg en Duitser zijn nu gescheiden door een smalle strook water van bijna  twintig meter. Intussen heeft de Ijzerloopgracht al officieus de naam Boyau de la Mort gekregen, in het Nederlands de Loopgracht  der Dood. Officieel komt de naam pas in voege in 1917.

Met de bres in de IJzerdijk wordt het hier een pak rustiger. Het gevaar is echter nooit ver weg. In mei 1916 en in september 1917 overvallen de Duitsers de Dodengang en dagelijks zijn er artillerieduels. Scherpschutters liggen op de loer en ook Belgische patrouilles dringen regelmatig de Duitse loopgraven binnen, op zoek naar informatie en om krijgsgevangenen  te maken.

Dag en nacht werken de soldaten aan het onderhoud, de herstellingen en de verdere uitbouw van hun posities. Vanaf januari  1916 word en alle verdedigingswerken  in de Dodengang en de Ruiter vervangen door constructies in beton. Zo vormen ze een indrukwekkend bolwerk met bunkers,schuilplaatsen, munitievoorraden, mitrailleursnesten, observatieposten, schootsstellingen voor loopgraafmortieren, een seinpost en een smalspoorlijn voor het transport van zware materialen.

De restanten van  de beruchte  petroleumtanks gaan in juni  1917 tegen de vlakte. Zij vormen  dan al lang geen dreiging meer voor de Belgen.Met het eind offensief dat vanaf september 1918 losbarst wordt ook de Dodengang verlaten.

Meer info? Raad pleeg dan zeker de interactieve applicatie De Dodengang van dag tot dag in het Interpretatiecentrum. Meer dan 1070 gebeurtenissen zijn in deze databank  opgenomen.

De mythes van de dodengang

Velen geloven dat de Dodengang na de oorlog bewaard is gebleven omdat het zogezegd het gevaarlijkste punt was aan het Belgische front. Dagelijks kwamen er tientallen Belgen om het !even. Twee mythes die het Legermuseum nu graag de wereld wil uithelpen.

Dat de Dodengang vandaag nog bestaat heeft meer te maken met een portie geluk dan met zijn specifieke karakter. Na de oorlog besluit het Ministerie van Landsverdediging immers om 25 oorlogssites te bewaren. De Dodengang is er een van. Maar nog voor er een toeristische brochure gepubliceerd wordt, zijn een deel van deze sites al afgebroken door overijverige landbouwers of aannemers.

Ook de Dodengang is in 1927 een zelfde lot beschoren, maar de Koninklijke Touring Club van Belgie steekt er een stokje voor. De vereniging roept haar !eden op om met giften de bewaring van de Dodengang veilig te stellen. De opgehaalde 100.000 Belgische frank wordt gebruikt om een geplande weg langsheen de IJzer, dwars door de Dodengang, te laten omleiden. De Dodengang is gered. In de loop der jaren maken de overige oorlogssites plaats voor havenuitbreidingen of industriezones. Dankzi j haar unieke ligging,tussen een nieuw aangelegde weg en de IJzerdijk in een landelijk gebied, wordt de Dodengang hiervan gespaard. Vandaag is het de enige overgebleven Belgische oorlogssite in de Westhoek.

Volgens een andere hardnekkige overlevering zouden er in deze ene loopgraaf dagelijks tientallen doden zijn gevallen. De loopgraaf zou zijn naam niet gestolen hebben. De Dodengang, de loopgraaf waar soldaten een gewisse dood tegemoet gingen. De mythe van de duizenden Belgische doden van de Dodengang houdt hardnekkig stand. Tot nu.

Het nieuwe historische onderzoek dat het Legermuseum heeft gevoerd had als doel om de geschiedenis van de Dodengang opnieuw te bekijken aan de hand van historische bronnen in diverse archieven. Elke oorlogsdag werd uitgeplozen op zoek naar een vermelding van de Dodengang. Dit onderzoek bracht een verrassende geschiedenis aan het licht. Zo kon eindelijk een lijst opgesteld worden met het aantal doden. Het gaat niet om duizenden doden zoals steeds wordt aangenomen, maar 'slechts' om een 250-tal. Biografische fiches van deze doden zijn via een eenvoudige applicatie te consulteren in het Interpretatiecentrum. De doden van de Dodengang krijgen voor het eerst een naam en een gezicht.

Verder liet het nieuwe onderzoek toe om duidelijk  uit te maken wat er allemaal gebeurd  is in de Dodengang. Van dag tot dag werd  een lijst  met evenementen opgesteld. Meer  dan  1070 gebeurtenissen  zijn  nu te raadplegen  in het Interpretatiecentrum in de applicatie De Dodengang  van dag  tot dag.

De inhoud van het Interpretatiecentrum: een overzicht

Dat het vernieuwde  Interpretatiecentrum Dodengang gebruik maakt van de modernste museale technieken hoeft geen betoog. Aan de hand van vijftien interactieve applicaties, teksten, foto's, film beelden en unieke objecten uit de collecties van het Koninklijk Legermuseum maken we de bezoeker wegwijs in de boeiende geschiedenis van de Dodengang.

Ook de Duitse kant wordt belicht

Niet alleen vertellen we hoe de Dodengang is ontstaan en wat er allemaal gebeurd is in deze notoire loopgraaf, we willen de Dodengang ook opnieuw in zijn context plaatsen. De loopgraaf verhoudt zich immers tot de Duitse loopgraven die er vlakbij lagen. Aan de hand van originele foto's, objecten en dagboekfragmenten wordt voor het eerst ook de Duitse kant van de zaak belicht.

Ga op ontdekking!

Het onthaal: In het vernieuwde  ruime onthaal maakt de bezoeker  deel uit van de geschiedenis. Hij doet aan oorlogstoerisme en komt hier alles te weten wat er met de Dodengang gebeurde na de Eerste Wereldoorlog. De rol van de site in het oorlogstoerisme valt niet te onderschatten en dat er ook hier nog veel oorlogsschroot onder de grond zit, valt niet te betwijfelen. Aan de hand van foto's, documenten en objecten die ter plaatse zijn opgegraven worden beide aspecten toegelicht. Een interactieve applicatie toont de verschillende oorlogsoorden, waar ook de Dodengang deel van uit maakte.

001

002

003

004

005

006

007

008

010

011

012

014

016

019

020

025

026

De eerste verdieping: Op de eerste verdieping dompelt het chronologische parcours de bezoeker volledig onder in de geschiedenis van de site tijdens de Eerste Wereldoorlog. Er zijn vier thema's:

1   Oorlog, invasie en water
Als inleidend thema wordt eerst het verhaal geschetst van het uitbreken van de oorlog in Europa, de invasie van Belgie en de slag aan de IJzer in oktober 1914. Zo heeft de bezoeker voldoende achtergrondkennis om te begrijpen waarom precies hier de Dodengang zal gebouwd warden. Vier symbolische hoofddeksels illustreren de aanwezigheid van verschillende nationaliteiten op het Belgische grondgebied in 1914.

2    De petroleumtanks
Dat de Duitsers de petroleumtanks stevig in handen zullen houden is al snel duidelijk. Verschillende aanvallen mislukken en beide partijen bouwen hun verdedigingsstellingen verder uit. Materiaal gebruikt om posities te verdedigen wordt hier tentoongesteld.  Een Duitse 
mitrailleur en een Belgische verrekijker maken deel uit van het arsenaal.

3 Van kilometerpaal 16 naar  Dodengang
Het grootste en belangrijkste  thema van de opstelling gaat over het graven van de Dodengang en over de u itbouw va n deze stelling. De bloedige  schermutselingen  met  Duitse  troepen,  het  creeren van  de bres in de IJzerdijk en de rol van de artillerie zijn hierbij belangrijke aspecten. Tal van objecten  zoals  uniformen,  hoofddeksels, wapentuig en artilleriegranaten  maken  de bezoeker  wegwijs
in  deze periode. Ook de applicatie De Dodengang van dag tot dag is hier op drie verschillende schermen te raad plegen.

4.  Leven en dood in de loopgraven
Het laatste thema behandelt !even en dood van de Belgische soldaten
in de loopgraven tijdens  de Eerste Wereld oorlog. Aan de hand van een interactieve  applicatie kan de bezoeker  persoonlijke stukken van  de soldaat ontdekken  en alles te weten komen  over o.a. het geloof, de leefwereld, dagelijkse  kost  en vriendschap  in de loopgraven.  Het thema over de dood wordt voorgesteld door onder meer een helm met kogelgat. Aan de hand van de een 250-tal biografieen van gesneuvelde Belgen ontdekt de bezoeker op een persoonlijke manier wie er om het
!even kwam in de Dodengang. Hier krijgen de doden van de Dodengang eindelijke een naam en een gezicht.

027

028

029

030

031

032

033

034

035

036

037

038

039

040

041

De tweede verdieping: Hier geniet de bezoeker van een prachtig panoramisch zicht op de Ruiterstelling en de Dodengang. Aan de hand van een gigantische historische luchtfoto die zich over de vloer uitspreidt, kan hij de situatie van 1917 vergelijken met het landschap van vandaag.
Bovendien laat een interactieve applicatie de bezoeker toe om de historische hotspots op de luchtfoto te ontdekken. Tot slot worden op een groot scherm tientallen historische luchtfoto's getoond die het door de oorlog getekende landschap haarfijn illustreren.

042

043

Het buitenbezoek: Na volledig te zijn ondergedompeld  in de geschiedenis van de Dodengang is het tijd om de eigenlijke loopgraven te verkennen. Met de informatie die hij heeft meegekregen in het Interpretatiecentrum  Dodengang kan de bezoeker zich een uitstekend beeld vormen van wat er zich hier heeft afgespeeld en wat de impact van deze site is geweest op het !even van een Belgische soldaat tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarenboven is een Duitse bunker in het parcours opgenomen. Deze bevond zich tot recent buiten het domein van de Dodengang, maar is nu toegankelijk voor het publiek.

044

048

049

050

051

052

053

054

055

056

057

058

059

060

Realisatie en woord van dank
Opdrachtgever

Koninklijk  Museum van het Leger en de Krijgsgeschiedenis,  Ministerie van  Defensie

Algemene  Directie
Piet de Gryse & Christine Van Everbroeck

Met de medewerking  van
Stad Diksmuide
Agentschap Waterwegen en Zeekanaal NV
Defensie, in het bijzonder het Competentiecentrum Steunmaterieel en Producten (leper) en het 5de Regionaal Centrum voor lnfrastructuur (Brugge)

Bedankingen
Wij danken de volledige ploeg van het Koninklijk Legermuseum, in het bijzonder de collectieverantwoordelijken, de restauratoren en de 
reproductiedienst. Ons welgemeende dank gaat ook uit naar alle particulieren of openbare en prive-instellingen die aan dit interpretatiecentrum hebben meegewerkt door het uitlenen van documenten of het verstrekken van informatie en advies.

Info : http://www.klm-mra.be Pagina aangemaakt door Albert Ommey.