Project Menin Road - Ypernstrasse voorgesteld
21 January 2014
Conceptnota  
 
1. Uitgangspunten
 
Het verhaal van ‘The Menin Road - Ypernstrasse’ komt binnen het grote verhaal van 1914-1918 minder aan bod, ondanks het feit dat de weg en het landschap een strategische rol speelden gedurende de vier oorlogsjaren. De geografie (heuvelkammen, beken) was ook hier bepalend voor de opmars van de troepen. De rol en betekenis van zowel de Duitse als de Britse zijde kan in dit project op een evenwaardige manier gebracht worden. Noch de Duitsers, noch de Britten bereikten hun (eind)doel: Ieper of Menen. De weg is tot op vandaag heel symbolisch geladen (denken we maar aan de Menenpoort in Ieper).

Het basisidee ‘bewegen, verplaatsen, ontmoeten’  kan op verschillende manieren geïmple-menteerd worden in het globale project: bewegen van troepen – transport van materiaal – strijdtoneel – gebruik nieuwe wapens – afvoer gekwetsten en doden ... 
 
2. Samenwerkingsverband
 
‘Menin Road –Ypernstrasse’ situeert zich tussen Menen en Ieper. Het is de bedoeling dat de vier gemeenten die zich bevinden langs de route het project gemeenschappelijk uitwerken, aangevuld met de partners van de 14-18 gelinkte musea.
  • Stad Menen
  • Stad Wervik
  • Gemeente Zonnebeke
  • Stad Ieper
  • In Flanders Fields Museum (IFFFM)
  • Memorial Museum Passchendaele 1917 (MMP17)
  • Museum Hooge Crater (onder voorbehoud) 
Partners:
  • Toerisme Vlaanderen
  • Provincie West-Vlaanderen (Gone West)
  • Sponsoring
  • Mediasponsoring
  • andere 
De colleges van burgemeester en schepenen van de vier betrokken gemeenten hebben in het voorjaar 2013 een engagementsverklaring goedgekeurd, waarbij ze samen willen werken aan het project ‘Menin Road – Ypernstrasse’ en zich ook financieel engageren (totaal: € 72.000).
 
Naast werkgroepen wordt er een stuurgroep opgericht die instaat voor de algemene coördinatie van het project. In de stuurgroep zijn de vier betrokken gemeenten vertegenwoordigd door een afgevaardigde uit elk schepencollege en door een ambtenaar. Ook de twee musea – IFFFM en MMP17 - zetelen in de stuurgroep. De provincie West-Vlaanderen en het programma-secretariaat vaardigen eveneens vertegenwoordigers af in de stuurgroep.
 
De stad Wervik coördineert namens alle partners het ganse project. Het secretariaat is gevestigd bij de dienst cultuur, Speiestraat 16, 8940 Wervik.
 
3.  Historische achtergrond
 
In de periode 1756-1759 werd onder het Oostenrijks bestuur tussen de steden Ieper en Menen een bijna rechte steenweg aangelegd. Deze passeerde de dorpen Geluwe en Geluveld, die zich sindsdien als straatdorpen ontwikkeld hebben. In 1892 kwam er tussen Menen en Geluwe en in 1905 tussen Geluwe en Ieper ook een tramverbinding, die vanaf Geluveld effectief naast de kasseien liep. Waar de steenweg tussen Geluveld en Hoge doorsneden wordt door de midden-West-Vlaamse heuvelrug, lagen aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog verschillende bossen en kasteelparken.
 
Al van in augustus 1914 kwam het langs de weg regelmatig tot een treffen tussen cavaleriepatrouilles. Midden oktober 1914 maakten de geregelde legers hier hun opwachting en begon de Eerste Slag bij Ieper. Tussen Oude Kruiseke en Veldhoek werd bijzonder hevig gevochten, waarbij Britse beroepseenheden de Duitse overmacht uiteindelijk op 11 november 1914 tot staan konden brengen. In de winter 1914-15 werden de Britten afgelost door Fransen, maar vanaf april 1915 keerden ze terug. Ten gevolge van de Tweede Slag bij Ieper schoof de frontlijn eind april - begin mei 1915 op naar Hooge. Hier begon een meer dan twee jaar durende stellingenoorlog in een brede boog ('Salient') rond de stad Ieper.
 
De steenweg Ieper-Menen kwam haaks op de frontlijn te liggen en werd aan weerszijden ervan door de strijdende partijen intensief gebruikt. De Duitsers duidden deze aan als 'Ypernstrasse' omdat dit voor hen de meest aangewezen weg naar Ieper was. De Britten noemden ze 'Menin Road' omdat deze hen naar Menen zou leiden, beginnende aan de toen al afgebroken Meensepoort. De Britten zouden echter nooit in Menen raken en de Duitsers nooit in Ieper...
 
In de eerste helft van 1915 maakten verschillende nieuwe wapens langs de 'Menin Road' hun intrede aan het Westelijk front. In februari 1915 waren dat mijnladingen die door de Duitsers onder de Franse stellingen tot ontploffing gebracht werden. Na de verschuiving van het front naar Hooge zou de ondergrondse oorlog tot in de zomer van 1917 een constante blijven. Vanaf maart 1915 zijn langs deze weg ook de voorbereidingen getroffen voor de allereerste gasaanval, maar door de overwegende noordwestenwind viel de keuze uiteindelijk op de sector Langemark. In juni 1915 werd de weg andermaal het toneel van de inzet van een nieuw wapen, namelijk de Duitse vlammenwerper.
 
Vanaf het midden van 1915 werd het Duitse hinterland tussen Hooge en Geluwe één grote bouwwerf. Evenwijdig met het front zijn uiteindelijk zes verdedigingslinies in de diepte aangelegd, waarlangs een paar duizend betonbunkers gebouwd werden. Om ongezien van de derde naar de tweede linie te komen bouwden de Duitsers onder de weg tussen Veldhoek en de Zandberg ('Clapham Junction') de meer dan 1500 m lange Hooge-tunnel.
 
De weg en de erop gelegen trambaan werden één van de belangrijkste aanvoerroutes voor troepen en materiaal naar het front. Daarbij vielen heel wat slachtoffers daar de belangrijkste kruispunten langs weerszijden van de weg voortdurend door de artillerie bestookt werden. Plaatsen zoals Hell Fire Corner aan de Britse kant van het front (Kruiskalsijde) hebben hun naam dan ook niet gestolen. Langs de weg kwamen ook overal materiaaldepots ('dumps'), waarvan de grootste aan Duitse zijde 'Pionierparken' genoemd werden.
 
De weg was niet alleen belangrijk voor het aanvoeren van materiaal, het werd ook dé medische evacuatieroute bij uitstek. Erlangs ontstond een uitgebreid netwerk van eerstehulpposten dicht bij het front tot echte hospitalen ('lazaretten') in Menen. Naarmate de gewonden meer naar achter gebracht werden, vergrootte hun kans op overleven omdat de medische faciliteiten er steeds beter werden. In alle stadia van de evacuatie bezweken soldaten aan opgelopen verwondingen, waardoor in de nabijheid van de medische posten tientallen begraafplaatsen ontstonden. De meeste begraafplaatsen van de Commonwealth zijn tot op vandaag bewaard gebleven. De Duitse doden werden in het midden van de jaren '50 overgebracht naar grote verzamelbegraafplaatsen, waaronder die van Menen.
 
Door het geallieerd offensief van 1917, de zogenaamde Derde Slag bij Ieper, beter bekend als Slag van Passendale, verschoof het front opnieuw in oostelijke richting tot voor Geluveld. Bij de opening van het offensief maakten ook de eerste Britse tanks hun intrede aan het front in Vlaanderen. Eén van de bekendste episodes uit de slag is de 'Battle of Menin Road' van 20 tot 25 september 1917, toen Australische troepen hier vooruitkwamen. Het slagveld van 1917 werd vooral bepaald door de artillerie, die het terrein omvormde tot een troosteloos maanlandschap waarin mens, dier en machine verzopen.
 
De burgers in het gebied tussen Koelenberg en Hell Fire Corner waren al in de oktoberdagen van 1914 volledig geëvacueerd. Ten gevolge van de opschuivende frontlijn in april-mei 1915 werd ook de Stad Ieper ontruimd en wanneer de geallieerden in de zomer van 1917 in het offensief gingen, zijn Geluwe en een deel van Menen eveneens geëvacueerd. Tot dan was Menen dé Duitse soldatenstad bij uitstek met hoofdkwartieren, barakkenkampen, depots, legerbakkerijen, kantines, cinema's... en ook veel vrouwelijk schoon dat zich ophield rond de jonge Duitse soldaten.
 
Tijdens het Duitse Lente-offensief van april 1918 grepen de Duitsers het in 1917 verloren gegane terrein terug en maakten meteen hun verste vooruitgang richting Ieper, dit tot Hell Fire Corner. Maar het Duitse leger was uitgeteld en in de zomer van 1918 keerden de krijgskansen definitief. Op 28 september 1918 gingen de Britten in het tegenoffensief. Na enkele dagen bereikten ze Geluwe en op 15 oktober viel ook Menen definitief in geallieerde handen.
 
Al kort na de wapenstilstand keerden de eerste burgers terug naar het verwoeste Ieper en het gehavende Menen. Maar tot in Geluveld kwam voorlopig niemand. In functie van de wederopbouw werd het traject als één van de eerste in de streek hersteld. Naar het einde van 1919 begon het leven zich stilaan te hervatten en overal langs de weg Ieper-Menen verrezen noodwoningen. Vanaf 1921 begon de stenen wederopbouw. De weg speelde eveneens een belangrijke rol in het na-oorlogse fronttoerisme. De achtergelaten tanks tussen Zandberg en Hooge waren echte publiekstrekkers. Maar ook de velden moesten geëffend worden, waarbij duizenden lijken gevonden en tonnen oorlogsmunitie en materiaal geborgen zijn.
 
Wie vandaag de oude steenweg tussen Ieper en Menen overschouwt, zal natuurlijk grote verschillen zien met het vooroorlogse landschap. Toch zijn het oorspronkelijke baan- en bebouwingspatroon bij de wederopbouw vrij goed bewaard gebleven. Als geen ander getuigt de weg Ieper-Menen echter van de 'Grote Oorlog' als bijna fysieke doorsnede van het oorlogsgebeuren in de zuidelijke Westhoek. Langsheen het ruim 20 km lange traject zijn zowat alle militaire en burgerlijke aspecten aan weerszijden van de frontlijn te volgen met het landschap zelf als belangrijkste getuige ervan.
 
4.  Een uniek project
 
Historisch luik – publicatie en historische ontsluiting
Het historisch verhaal vormt de onderbouw en het uitgangspunt voor het globale project: een nieuwe publicatie, het visualiseren van relicten en duiden van landschapselementen.
 
De Nederlandstalige publicatie bevat ook een Engelse samenvatting (summary). 

Verschillende auteurs-specialisten (die samen zetelen in een werkgroep) werken elk een onderdeel uit. Vincent Verbrugge (historicus – directeur Nationaal tabaksmuseum Wervik) coördineert. Foto’s en teksten moeten het verhaal van de bewoners en de militairen illustreren (met dagboekfragmenten). In het boek komt een tijdslijn, die de belangrijkste gebeurtenissen langs de weg chronologisch weergeeft. Ook (de rol van) het landschap wordt gevisualiseerd. De historische publicatie wordt verzorgd door een Vlaamse uitgeverij, die instaat voor de eindredactie en publicatie en derhalve de rechten heeft op de verkoop van het boek.
 
Langs de weg worden infoborden geplaatst en/of applicaties die de bezoeker duiden op het historische aspect of een bepaald onderdeel ervan (vb. landschapselementen). Historische relicten (bunkers, verbandpost, crossroads) kunnen hierin opgenomen worden, maar evenzeer kunnen stukjes literatuur aan bod komen. Voor dit laatste doen we een beroep op de expertise van Ons Erfdeel vzw.
 
Artistiek luik – beeldend werk en literatuur

Het artistiek project wordt letterlijk gerealiseerd langs het parcours, de weg Ieper-Menen. De weg vormt de rode draad en de locaties met de kunstwerken bevinden zich allen langs of in de onmiddellijke nabijheid van de weg. De kunstwerken moeten merkpunten of bakens zijn langs de weg.
 
Op een tiental locaties gaan kunstenaars met naam aan het werk. De ‘artist in residence’ van het IFFM wordt mee ingeschakeld in dit project. Iedere kunstenaar interpreteert, denkt, herdenkt in de Heidegeriaanse betekenis van het woord. Het gaat bij voorkeur om nieuwe creaties en om werken in situ (land art, installaties, sculpturen, fotografie ...). Om bepaalde nieuwe creaties mogelijk te maken en de betrokkenheid te verhogen, wordt het principe van ‘artist in residence’ in overweging genomen. Een kunstenaar bouwt verder aan zijn kunstwerk tijdens de tentoonstellingsperiode, om het uiteindelijke resultaat te presenteren tijdens het slotspektakel. Dit zal ongetwijfeld een meerwaarde creëren.
 
In overleg met Gone West – beeldende kunsten wordt een curator gekozen. De curator (of kunstenaar/curator) speelt een cruciale rol in het artistieke project. De curator selecteert de kunstenaars en bepaalt - in overleg met de partners - de locaties. De curator werkt mee aan de installatie en vormgeving van de werken en begeleidt de inhoudelijke insteek van de catalogus.
 
The Menin Road – Ypernstrasse krijgt naast een eigen artistieke invulling een link met het Gone West project ‘ComingWorld / RememberMe’ waarbij 600.000 beeldjes gemaakt worden. In dezelfde periode kunnen – op het parcours – veldovens geplaatst worden om de beeldjes te bakken. Dat verhoogt de participatie/betrokkenheid van bezoekers en inwoners. Ook het jaarlijks terugkerend ‘Lichtfront’ kan misschien begin september 2016 geënt worden op de weg Ieper – Menen.
 
Slotspektakel ‘Beleef de weg’

Eind september eindigt het project met een groot slotspektakel, waarbij de beleving van de weg Menen – Ieper voor de deelnemers centraal moet staan. Die finissage moet een multidisciplinair karakter hebben. Op diverse locaties langs de weg brengen we een caleidoscopisch programma waarbij verschillende kunstenaars en disciplines aan bod komen: muziek, literatuur, plastische kunst, ...

Het is de bedoeling dat de deelnemers letterlijk de weg beleven: ze stappen (of fietsen) in etappes van Menen naar Ieper. Uiteraard voorzien we vervoer voor zij die niet het ganse traject te voet willen of kunnen afleggen. Het idee ‘op weg zijn’ – beweging – beleving – ontmoeting moet centraal staan. Deze ‘culturele belevingstocht’ zou kunnen eindigen met een speciale ‘Last Post’ en een apotheose op de Grote Markt van Ieper, bijvoorbeeld onder de vorm van een geluidspektakel. Uiteraard moet dit concept verder geconcretiseerd worden.
 
5.  Timing
 
De historische publicatie wordt uitgegeven in 2015.
 
Het artistiek project Menin Road – Ypres Strasse gaat door in 1916, gekoppeld aan het Gone Westprogramma– Van het Westelijk Front geen nieuws – 1 september – 30 september 1916.
 
We willen starten in juli 2016 en eindigen eind september 2016.
De twee vakantiemaanden zijn belangrijk om het aantal bezoekers te maximaliseren.
We eindigen met een finissage, een groots multidisciplinair slotspektakel.
 
Voorbereidingsfase najaar 2012- 2013
  • uitwerken van een conceptnota
  • uitwerken/laten goedkeuren van het samenwerkingsverband tussen de gemeenten
  • historische publicatie (samenstelling redactieteam, vastleggen van thema’s,  ….)
  • budgetopmaak project
  • goedkeuring Gone West 
2014
  • aanstellen van een curator: maken van afspraken rond budget, taakomschrijving, …
  • eerste selectie kunstenaars (longlist)
  • onderzoek mogelijkheden/beperkingen van de locaties
  • drukklaar maken historische publicatie 
2015
  • uitgave van historische publicatie
  • redactioneel werk toeristische ontsluiting
  • definitief vastleggen kunstenaars artistiek project (voorjaar) + concretere inhoudelijke invulling (najaar)
  • definitief vastleggen locaties
  • ontwerp campagnebeeld 
2016
  • publiciteit en persdossier
  • implementatie toeristische ontsluiting (met diensten toerisme en Westtoer / Toerisme Vlaanderen)
  • realisatie artistiek project