2. De eerste slag bij Ieper (19 oktober - 22 november 1914)
Vorming van de Ieperboog: botsing tussen ervaren Britse en Franse actieve eenheden en onervaren Duitse reservisten.
 

2.1. De eerste slag bij Langemark (21 - 23 oktober)

  • Het komt tot een eerste massale botsing tussen de beide kampen. De Britten en Fransen hebben nog net de kans gekregen om zich in een boog rond Bikschote, Langemark en de Steenakkermolen ("Totenmühle") te St.-Juliaan te verschansen. De Duitse taktiek bestaat er in de infanteristen in rijen te laten opmarcheren in de richting van de vijand, aanvalsgolf na aanvalsgolf ...
  • Duitse reservekorpsen, die onvoldoende training hebben genoten, worden na dagenlange marsen onmiddellijk de vuurdoop ingejaagd. Ze beschikken over weinig of geen middelen als spaden, bijlen, e.d. om loopgrachten aan te leggen. Schouder aan schouder trekken ze op tegen een goed verscholen en beschutte vijand in Langemark.
  • De Britse beroepssoldaten en de Franse "poilus" die reeds ervaring tijdens de Marneslag hadden opgedaan, maaien de Duitse oprukkende "studenten" bij massa's neer : de "Kindermoord" van Langemark.
  • De Duitsers slagen er niet in om Langemark in te nemen en graven zich uiteindelijk in.
 

2.2. De slag bij Geluveld (29 - 31 oktober)


30 oktober

Zandvoorde en Hollebeke vallen in Duitse handen. De Britten trekken zich achteruit tot Klein-Zillebeke en St.-Elooi.
 

31 oktober

  • Crisisdag voor de geallieerden! De Duitsers proberen door te breken tussen Geluveld en Mesen.
  • Geluveld wordt 's morgens door de Duitsers veroverd.
  • French beveelt de Britse terugtocht tot Frezenberg - 't Hooghe - Klein-Zillebeke. Dit bevel zal, op vraag van Foch, niet uitgevoerd worden.
  • In de namiddag valt een artilleriegranaat op het kasteel 't Hooghe waar de generale staf vergadert. Algemene paniek is het gevolg.
  • In het gemeentehuis van Vlamertinge kan Foch French overtuigen om niet te wijken. Tevens belooft Foch Franse versterkingen.
  • Het 2de Worcester-rgt herovert Geluveld.
  • Mesen en Wijtschate worden door de Duitsers veroverd.


1 november

Geluveld wordt weer door de Duitsers veroverd.
 

2 november

St.-Elooi komt in Duitse handen

 

2.3. De tweede slag bij Langemark (10 - 11 november)

De Duitsers ondernemen nog maar eens pogingen om Langemark te veroveren. Tevergeefs!
Tijdens de eerste slag bij Langemark was Bikschote enkele keren van bezetter veranderd. Op 10 november veroveren de Duitsers Bikschote definitief.
Volgens een Duits legerbericht werd het "Deutschland über alles" gezongen tijdens de bestorming van Langemark en Bikschote. Onwaarschijnlijk ! Begin van de "Langemarck"-mythe.

 

2.4. De slag bij de Nonnebossen (11 november)

De Duitsers zetten de (Pruisische) Gardedivisie in om Ieper te veroveren. Vanuit Geluveld rukken ze op tegen de Nonnebossen en het Polygoonbos. De Nonnebossen worden veroverd en Keizer Wilhelm II houdt zich klaar om 's avonds zijn intrede in Ieper te houden. De Franse artillerie (75 mm) stuurt echter de Duitse plannen in de war.

 

Besluit bij de eerste slag bij Ieper:

De Duitsers maakten een aantal fouten in hun aanvalstaktiek:

  • de soldaten hadden weinig gevechtsopleiding genoten
  • het schouder aan schouder rechtop marcheren tegenover een goed verschanste vijand met mitrailleurs, staat gelijk met het op een presenteerblaadje aandienen van levende doelen
  • gebrek aan werktuigen om hindernissen op te ruimen en/of verschansingen op te werpen
  • door de te grote afstand tussen het opperbevel (Gent) en de troepen aan het front is er weinig flexibiliteit tot het aanpassen van aanvalsplannen aan gewijzigde situaties.

Bron: © Robert Missinne, Interreg 1995, Lessenreeks 1914-18