Elsie Knocker en Mairi Chisholm, de Madonna’s van Pervijze en hun hond Shot
Artikel overgenomen uit 'De Gazette van 't Derde Linie", jaargang 2020, november-december

Ter inleiding: Josyane Vanhoutte kreeg de opdracht om een kunstwerk in brons te maken en dit werd in de tuin van Hotel Ariane te Ieper geplaatst. De onthulling gebeurde op 22 november 2014. Deze datum werd bewust gekozen aangezien het op die dag exact 100 jaar geleden was dat de twee vrouwen aankwamen in Pervijze. Het levensgrote en bronzen standbeeld bestaat uit Elsie en Mairi die zitten op zandzakken. Verder werd ook hun hond Shot niet vergeten, aangezien ook hij een grote hulp is geweest, en hij kreeg een apart beeld.

Waarom een gedenkteken in Pervijze voor Elsie Knocker en Mairi Chisholm?



Ik geloof dat Elsie en Mairi een standbeeld verdienen om hun heroïsch en onbaatzuchtig werk voor België en de geallieerden te herdenken. Zij stamden uit een gouden tijd toen mensen, beroemd of niet, deden wat ze deden om altruïstische en nobele redenen. Met uitzondering van hulpverleners ken ik nu niemand meer die doet wat zij deden. Elsie en Mairi zouden geschokt zijn door het gebrek aan motivatie van vele hedendaagse beroemdheden, en over hoe hun oppervlakkige levens breed uitgesmeerd worden in tijdschriften en op televisie. Elsie en Mairi werden niet betaald voor het werk dat ze in België verrichtten. Zij gebruikten hun spaarcenten en verkochten hun geliefde motorfietsen om de eerstehulppost draaiende te houden en gewonde Belgische soldaten op te lappen. Ze leefden dicht bij de dood en in extreem gevaar gedurende bijna 4 jaren. Ze zouden tot het eind van de oorlog op hun post in Pervijze gebleven zijn wanneer ze niet bijna gedood waren door gifgas in de lente  van 1918.



En nog drie andere redenen:
  1. Als een gedenkteken voor deze Engelse en Schotse vrouwen en voor wat zij gedaan hebben voor Belgische, Britse en Franse  soldaten in Pervijze;
  2. Als een gedenkteken voor alle verzorgende vrouwen en mannen die ook vandaag nog werken in gevaarlijke oorlogsomstandigheden over de hele wereld (Syrië, Afghanistan, enz.);
  3. Als een symbool van erkenning voor het werk dat alle vrouwen, bekende en onbekende, verricht hebben tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Wie waren Elsie Knocker en Chisholm Mairi?

Elsie Knocker, geboren in Exeter, Devon op 29 juni 1884 en overleden in Ashtead op 26 april 1978) en Mairi Chisholm (26 februari 1896 - 22 augustus 1981) raakten bekend als De Madonna s van Pervijze. De tiener Mairi Chisholm was afkomstig uit de Schotse middenklasse maar woonde in Dorset, Engeland, toen ze in augustus dienst nam als motorkoerier en zich aansloot bij het Britse medisch team van Dr. Munro dat naar België kwam. Haar vriendin Elsie Knocker, een Engelsee verpleegster en eveneens een motorfanaat, maakte ook deel uit van dat gezelschap. Mairi Chisholm was een achttienjarig blond meisje uit de betere kringen. Ze had een goed gevoel voor humor, maar had geen verpleegstersopleiding genoten. Ze had geen ervaring in wat dan ook, behalve in motorrijden. Het was tijdens één van haar ritten dat ze kennis maakte met de Engelse Elsie Knocker.

Tegen haar moeders wil in, maar mét de steun van haar vader, trok ze na het uitbreken van de oorlog in augustus 1914 naar Londen om er haar diensten aan te bieden. Op haar motorfiets, die ze van haar vader gekregen had, verliet ze het landgoed in Dorset en pikte ze onderweg Elsie op. Mairi had tien pond spaargeld en watt kleren bij. In Dover aangekomen,, telegrafeerde ze laconiek naar huis Sailing for Flanders. Ze verkocht haar motorfiets om de overtocht per ferry te betalen. Mairi had een ijzeren fysiek, een haast onuitputtelijke werkkracht, een huiselijk organisatietalent en rekening houdend met haar jonge leeftijd stalen zenuwen. Dat maakte haar uitermate geschikt om een verbandpost op te starten en draaiende te houden. Ze was was een voortreffelijke chauffeur van de grote en moeilijk wendbare ambulances. Angst leek ze niet te kennen en ze kon slapen op bevel.

Elsie Knocker was dertig jaar oud en wel een verpleegster. Zij bedacht het radicale en revolutionaire idee om Belgische soldaten te behandelen in een eerstehulppost vlak bij de Duitse loopgraven deze praktijk om gewonden te stabiliseren staat nu bekend als het gouden uur. De gewonden zouden er kunnen bekomen van de shock en ze zouden er de eerste, levensnoodzakelijke, zorgen toegediend krijgen. Dat idee redde eel levens. De kans dat ze de lange en hotsende rit naar het veldhospitaal in Veurne niet zouden overleven, zou in veel gevallen veel kleiner zijn.

Na veel tegenkantingen van de Britse en Franse militaire overheden, kreeg Elsie uiteindelijk toch de toestemming om haar plan in praktijk te brengen. De Belgische legerarts dr. Van der Ghinst, die in Pervijze gestationeerd was, steunde haar plan. In de derde week van november 1914  richtten Mairi en Elsie een medische hulp post in het kapot geschoten IJzerdorp Pervijze in, vlakbij de eerste linie van het Belgische leger. Het dorp was veranderd in een vormeloze hoop stenen met dode paarden, koeien en schapen tussen het puin.

Pervijze ligt ongeveer halfweg tussen Diksmuide en Veurne, ten westen van de spoorwegberm Diksmuide-Nieuwpoort. Ten oosten van deze berm, die als een dam functioneerde, was het land onder water gezet.

Het eerste kelderhuis



Elsie en Mairi namen hun intrek in de kelders van het eerste kelderhuis waar voor de oorlog de burgemeester gewoond had, op nog geen 50 meter van de frontlijn. De twee vrouwen werden in Pervijze zwaar op de proef gesteld. Het is geen pretje om maandenlang de lange winternachten in een verlaten dorp door te brengen met alleen het geluid van slagregen en wind, het geratel van mitrailleurs en het snerpende gegil van artillerieprojectielen die in het dorp inslaan. De winter van 1914 op 1915 was ook bitterkoud, er zijn veel meldingen van soldaten die dood vroren op hun post. Om zich te beschermen tegen de kou en de modder moesten ze zich goed inpakken. Rubberen laarzen over twee paar kousen, een broek, een hemd, drie truien en daarover een overjas die tot aan de tippen van de laarzen reikte, dat was de kledij waarmee ze opstonden en gingen slapen. Het afknippen van hun lange haar, dat vanwege het ongedierte niet meer te onderhouden was, was een hele stap voor de twee vrouwen.

In Pervijze leefde het duo in bijzonder primitieve omstandigheden. Hun eerste onderkomen, de kelders van een groot maar kapot geschoten huis, moesten ze al na enkele weken verlaten. Ze verbleven en werkten in de kelder van de woning, die al snel omgedoopt laarzen over twee werd tot het kelderhuis. Het huis was voor de Duitse artilleriewaarnemers goed zichtbaar. Als die ook maar een teken van leven opmerkten, was dat het sein voor een Duitse beschieting. De vrees om ‘s nachts levend begraven te worden onder het puin deed hen uitkijken naar een minder opvallende woonst.

Het tweede kelderhuis



Eind 1914 namen de twee hun intrek in een woning halverwege de Veurnestraat. Die lag veiliger en bood ook wat meer comfort. Overdag trokken ze wel naar het eerste kelderhuis, waar de eigenlijke medische post gevestigd bleef.

Op Kerstmis 1914 zat artilleriewaarnemer kapitein Robert de Wilde in een krappe voorpost aan de Beverdijk, met zicht op het overstroomde land en de Duitse linies in de verte. Hij schrijft in zijn dagboek: "Kerstmis dit jaar verscheen in de vorm van een Britse engel. Die dook op in mijn waarnemingspost, gekleed in een lederen overjas, met pretlichtjes in haar ogen en de handen vol cadeautjes. Er waren kleine nuttige presentjes en een stuk pruimentaart toe. De pakjes waren héél subtiel toegestrikt met een Belgisch driekleurig lint. Dank je wel daarvoor, dank je wel voor de verrassing tout court én dank je wel voor de glimlach".

Door de voordrachten die zij tijdens korte rustperiodes in Engeland hield om fondsen in te zamelen voor meer medische uitrusting, raakten Elsie Knocker en Mairi Chisholm bekend als de Heldinnen van Pervijze.

Zelfs de Duitsers schenen hen te bewonderen. Elsie bracht het tot een eerder ongewone overeenkomst met de vijand. Indien zij en Mairi zich in het niemandsland wilden begeven om een gewonde te halen of een piloot, die tussen de linies gevallen was, zond zij eerst haar hondje Shot naar de Duitse bevelhebbende officier. Dan vuurden de Duitsers niet, maar het was overeengekomen dat de verpleegsters hun witte verpleegstershoofddoek moesten dragen en geen helm, die hen er als een soldaat zou hebben doen uitzien. Achter de linies brachten de moedige vrouwen vaak gekwetsten weg in de zijspan van hun motor en aan het front zelf sleepten zij vaak gewonden met hun volledige uitrusting door de modder in het met kuilen doorploegde niemandsland tot aan hun eerstehulppost.

Overdag kon dat, maar ‘s nachts hielden alle afspraken op. Twee Britse officieren die naar een vliegtuigwrak toe wilden, sloegen de waarschuwingen van Elsie en Mairi in de wind en werden gedood door artillerievuur.

Op 4 maart 1915 incasseerde het tweede cellar house enkele voltreffers en moesten Mairi en Elsie hals over kop het dorp verlaten. Ze vertrokken voor tien dagen naar Engeland en kwamen terug met voldoende fondsen voor een derde poging. Aan de rand van het dorp vonden ze een bouwval waarvan de vier buitenmuren nog overeind stonden. Met hulp van de genietroepen werd er beton aangebracht, en gerecupereerde ijzeren liggers dienden als dakspanten.

Het derde 'Kelderhuis' met de deur van Harrods



Het geheel werd ook met zandzakjes beveiligd. Het beroemde warenhuis Harrods leverde een stalen buitendeur, waarop ze een groot rood kruis schilderden. Op zondag 17 maart 1918, na drie en een half jaar, kwam er een einde aan Elsie s verblijf in Pervijze. Ze werden s nachts gewekt door het geblaf van hun hond Shot die hen waarschuwde voor de aanwezigheid van een gifgasgranaat. Ze zetten meteen hun gasmaskers op, en hoewel ze al bevangen waren door het gas, overleefden ze (Shot zelf overleefde het niet. Halfblind, hoestend en naar adem snakkend werden ze naar De Panne gebracht. Elsie was er erg aan toe en werd eerst naar Boulogne en later naar Londen overgebracht.







Mairi herstelde snel en keerde terug naar Pervijze, maar een maand later werd zij door een tweede gasaanval verrast aan de veldtelefoon en moest zij terug naar Engeland voor herstel. De Belgische autoriteiten sloten de hulppost definitief. De Groote Oorlog aan het front in Vlaanderen was voor Elsie Knocker en Mairi Chisholm voorbij. Maar hun reputatie bleef. In Britse kranten en in de Franstalige frontpers noemde men hen “Heroines of Pervyse, Women of Pervyse, Ladies of the Cellar House, les madones de Pervyse, The Angels of Pervyse en de Misses Nightingale”.

Koning Albert I decoreerde hen in 1915 persoonlijk met de Ridderorde van Leopold II. Ook koningin Elisabeth bedacht hen met een persoonlijk ereteken.

Van Britse kant kregen ze twee medailles opgespeld: de Order of Saint John of medals: the Order of Saint John Jerusalem voor hun verpleegwerk en in 1917 de Military Medal voor het ophalen van Britse piloten.



De toegang tot de eerste linie tussen Nieuwpoort en de Zwitserse grens werd in maart 1915 door het geallieerde oppercommando in Parijs aan alle vrouwen verboden, behalve aan de twee verpleegsters van Pervijze. Alleen zij kregen een rood pasje uitgereikt waarmee ze overal toegang kregen tot de geallieerde linies. Niemand trok nog in twijfel, nadat Elsie en Mairi de weg gebaand hadden, dat goed uitgeruste medische posten dicht bij de frontlinies noodzakelijk waren.

Het gedenkteken

Welk soort Gedenkteken? Bronzen, levensgrote figuren van Elsie en Mairi, opgesteld voor zandzakken. Het werd een zeer indrukwekkend werkstuk uit brons zijn en een aantrekkingspunt voor het dorp. De locatie zal zich op slechts enkele meters bevinden van de eerstehulppost van waaruit zij opereerden, naast het wandel- en fietspad Frontzate dat start in Nieuwpoort en tot in Diksmuide loopt. Een infobord met tekst in het Engels en het Nederlands zal verduidelijken wie Elsie en Mairi waren en zal geplaatst worden naast het beeldhouwwerk. Veel Britse families reizen naar Ieper en veel van hen zullen speciaal een  bezoek brengen aan Pervijze als dit gedenkteken voor de vrouwen er staat.

Dit zal één van meerdere afbeeldingen zijn van Elsie en Mairi, aan het werk in Pervijze, op het infopaneel dat naast het standbeeld opgesteld zal worden.

De Kunstenaar

Josyane Vanhoutte



Het realistisch lijkende bronzen beeldhouwwerk van Elsie Knocker en Mairi Chisholm zal gemaakt worden door een Belgische vrouwelijke kunstenaar en dit tijdig voor de eeuwherdenking van het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Het zal geplaatst worden naast het wandel- en
fietspad Frontzate in november 2014 gevolgd door een onthullingsceremonie, bijgewoond door verwanten van de vrouwen, alle schenkers aan het project, en betrokkenen. De onthullingsceremonie zal plaatsvinden op de honderdste verjaardag van de aankomst van de twee verpleegsters in het dorp.





Om de madonna’s vandaag de dag te herdenken werd in mei 2013 door de Engelse historica Diane Atkinson en fractiemedewerker bij het Vlaams Parlement Stefaan Vandenbussche een project opgestart, zijnde een gedenksteen oprichten voor hen in Pervijze. Dit is een blijvend eerbetoon voor de zorg die deze vrouwen hebben verstrekt aan Belgische, Britse en Franse soldaten in Pervijze. Maar niet enkel voor hen, ook voor alle andere vrouwen die hielpen tijdens de Eerste Wereldoorlog én de hulpverleners die vandaag de dag hulp bieden in oorlogszones. Het geld om deze gedenksteen te realiseren kwam van verschillende personen, verenigingen en bedrijven die vrijwillig een gift hebben gedaan. Eens ze het geld hadden verzameld werd samengewerkt met kunstenares en beeldhouwster Josyane Vanhoutte.



Er werd gekozen om dit standbeeld te plaatsen in de tuin van Hotel Ariane te Ieper met de onthulling op 22 november 2014. Deze datum is bewust gekozen aangezien het op die dag exact 100 jaar geleden was dat de twee vrouwen aankwamen in Pervijze. Het levensgrote en bronzen standbeeld bestaat uit Elsie en Mairi die zitten op zandzakken. Verder werd ook hun hond Shot niet vergeten, aangezien ook hij een grote hulp is geweest, en hij kreeg een apart beeld.






Bibliografie
  • Elsie & Mairi go to War - Two Extraordinary Women on the Western Front; Atkinson Diane, 2009 Arrow Books, 20 Vauxhall Bridge Road, London SW1V 2SA
  • ISBN 13: Op naar de Grote Oorlog Mairi, Elsie en de anderen in Flanders Fields Vanleene Patrick, 2001 De Klaproos, Hostenstraat 4, 8670 Koksijde
  • ISBN 10: D/2001/6526/2 The Cellar House of Pervyse Knocker Elsie & Chisholm Mary, 1916
  • Vroeger is niet voorbij - De Grote Oorlog in Pervijze Bleyaert Walter, 2000 Uitgeverij Emiel Decock, Brugsestraat 56, 8211 Aartrijke
  • ISBN 10: X D/2000/5731/1 NUGI: 641 / 648 Elsie Mairi 18

Gepubliceerd 08/01/2020.