Aan de vooravond van Wapenstilstand, op 10 november 2025, kreeg een Belgische soldaat die gesneuveld is tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn laatste rustplaats op de
Belgische militaire begraafplaats van De Panne. Het is geleden van 2018 dat een dergelijke begrafenisplechtigheid heeft plaatsgevonden.
Op maandag 10 november 2025 zijn de stoffelijke resten van een soldaat die in 2024 gevonden werd in Diksmuide, overgebracht van Diksmuide naar De Panne. De soldaat werd er met militaire eer begraven op de Belgische militaire begraafplaats, de grootste van België met slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog. Het is geleden van 2018 dat een dergelijke begrafenisplechtigheid heeft plaatsgevonden. Voordien dateert de laatste begraving van een Belgische soldaat uit de Groote Oorlog reeds van 1952.
Een dag van herdenking
Op 10 november is op gepaste wijze afscheid genomen van de Belgische soldaat. De dag begon vroeg, om 06.00u ’s ochtends, in Diksmuide. Na een fakkeltocht en korte plechtigheid vertrok de kist naar de Belgische militaire begraafplaats in De Panne. Het transport gebeurde met een authentieke ‘fourragerewagen’, getrokken door een vierspan. Dit transport, begeleid door de militaire politie, had ongeveer drie en een half uur nodig om de afstand tussen Diksmuide en De Panne af te leggen.
In de namiddag werd de Belgische soldaat in aanwezigheid van prominenten en publiek, en met militaire eer begraven in De Panne. Tijdens deze unieke en serene plechtigheid met een militair defilé, historische en muzikale omkadering en een bloemenhulde, kreeg de gesneuvelde soldaat een definitieve rustplaats bij zijn strijdmakkers.
De Pannese jeugd werd ook betrokken via een artistiek scholenproject, waarbij alle lagere scholen grote en kleine vredesduiven versierden met tekeningen en vredesboodschappen.
Aangezien het antropologische onderzoek en DNA-onderzoek geen uitsluitsel kon geven over de identiteit van de gesneuvelde, is het graf gemarkeerd met een steen met ‘Onbekend’.
De Belgische militaire begraafplaatsen, ook deze van De Panne, worden beheerd door het War Heritage Institute.
Unieke vondst aan de IJzer
Op 23 september 2024 deed men langs de oevers van de IJzer in Diksmuide een bijzondere vondst. Bij de aanleg van een fietspad aan de IJzerdijk, op een boogscheut van de Dodengang, stootte men op menselijke resten. Snel werd duidelijk dat het een historische vondst betrof, waarop het Agentschap Onroerend Erfgoed en de Dienst Oorlogsgraven van het War Heritage Institute (WHI) werden ingeschakeld.
De bijvondsten bij het lichaam, namelijk een uniformknoop met de Belgische leeuw, een stukje stof en een rudimentaire vermoedelijk zelfgemaakte ring met de inscriptie ‘1915’ en een posthoorn, toonden aan dat het om een gesneuvelde Belgische soldaat uit de Eerste Wereldoorlog ging. Dit maakt deze vondst uitzonderlijk.
Zoektocht naar een naam
Hoewel beperkt, boden de vondsten een kans op identificatie. Via antropologisch onderzoek en speurwerk in archieven startte een zoektocht naar de naam en identiteit van de Belgische soldaat. Een lijst van 494 mogelijke slachtoffers werd gereduceerd tot er 1 mogelijke kandidaat overbleef met nabestaanden. Jammer genoeg bleek er na DNA-onderzoek geen link te zijn, en kan er dus geen naam gekleefd worden op de gesneuvelde jongeman.
Het vinden van menselijke resten is niet ongewoon in de Westhoek
Bijna maandelijks treft men in de Westhoek lichamen aan van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog. Vaak Britten, Fransen en Duitsers, tot zelfs Australiërs, Canadezen en Nieuw-Zeelanders. Niet onlogisch: de stellingenoorlog en de moordende offensieven die de Eerste Wereldoorlog vanaf eind 1914 kenmerkten, zorgden voor een hoge concentratie aan slachtoffers op een relatief kleine oppervlakte.
Belgische soldaten vindt men veel minder terug. De laatste vondst dateert van 2016 (met herbegraving in 2018), daarvoor was het al geleden van 1952. De reden hiervoor is dubbel: enerzijds maakten de onderwaterzettingen rond de IJzer grote offensieven onmogelijk, anderzijds hield Albert I gedurende de hele oorlog vast aan de Belgische neutraliteit waardoor de Belgen tot 1918 ook niet deelnamen aan geallieerde offensieven. Aan het Belgische IJzerfront dus geen Somme, Verdun of Passchendaele, maar een stellingenoorlog waarin het aantal vermisten veel beperkter was. Deze toevalsvondst is dus zeer uitzonderlijk.
Wim Janssens, burgemeester: “
Met gepaste trots was De Panne gastgemeente voor deze bijzondere plechtigheid. Zo eren we ons oorlogsverleden, herdenken we de talloze slachtoffers en onderstrepen we de broodnodige roep naar vrede.”
Nog enkele extra foto's (Bron: War Heritage Instituut):
Pagina aangemaakt door Gemeente De Panne.